1. De lidstaten stellen regels vast die ten minste voorzien in de civielrechtelijke aansprakelijkheid van de onafhankelijke deskundige die belast is met het opstellen van het in artikel 160septies bedoelde verslag.
2.
De lidstaten beschikken over regels om ervoor te zorgen dat:
a) de deskundige of de rechtspersoon in wiens naam de deskundige optreedt, onafhankelijk is van en geen belangenconflict heeft met de vennootschap die het aan de splitsing voorafgaande attest aanvraagt; en
b) het advies van de deskundige onpartijdig en objectief is en wordt gegeven met het oog op het verlenen van bijstand aan de bevoegde instantie, overeenkomstig de vereisten inzake onafhankelijkheid en onpartijdigheid uit hoofde van het recht en de professionele normen die de deskundige in acht moet nemen.